Jeroen Logghe

Het is weinig musicalacteurs gegeven om een musical in verschillende talen te kunnen spelen. Sinds deze zomer is Jeroen Logghe eentje van dat selecte clubje. In 2018 schitterde hij als Mickey in de InTeam versie van Blood Brothers, nu staat hij in dezelfde titel van producent Bruxellons! Op de scène. Niet als Mickey, maar dat kan de pret niet drukken, integendeel. Musical Vibes sprak met hem.

Een emotionele show

Je speelt hier in Brussel mee in een show die je heel goed kent, maar je hebt nu een heel ander aandeel, hoe valt dat mee?

Inderdaad, ik ken Blood Brothers heel goed. In het begin had ik een beetje schrik dat het misschien raar zou zijn om na Mickey gespeeld te hebben in Antwerpen, nu een aantal kleine ensemblerolletjes te spelen. Maar het lijkt hier eigenlijk een heel andere voorstelling. Het begint al met de andere taal, andere collega’s, het concept is anders, het decor is anders, het is in open lucht.. Ik heb echt niet het gevoel dat ik dezelfde show aan het spelen ben. We bekijken het verhaal nu ook vanuit een totaal ander standpunt. Vanuit al die kleine rolletjes kan ik de rol van Mickey vanuit een hele andere visie aanschouwen wat niet slecht is. Het is heel leuk om dit verhaal opnieuw te beleven, deze voorstelling ligt me echt nauw aan het hart, dat begon al tien jaar geleden toen ik ze voor het eerst zag in Londen. Toen heb ik zeker meer dan een half uur echt geweend, zo’n emotionele show. Het is hier ook altijd gezellig om te spelen, ik amuseer me goed.

Het is heel leuk om dit verhaal opnieuw te beleven, deze voorstelling ligt me echt nauw aan het hart

Is het dan echt een verrijking om Mickey niet te hernemen?

Ja, zeker! Ik vind het vooral verrijkend om iemand anders die rol te zien spelen. Ik ben super trots op Damien (Locqueneux), hij speelt al jarenlang in het ensemble hier en nu kan hij eindelijk zichzelf eens laten zien in zo’n rol. Het is heel fijn om te zien hoe hij die rol neerzet, anders dan mij, maar natuurlijk met gelijkenissen. Hij pakt me echt in de manier waarop hij Mickey brengt.

Jullie première viel letterlijk in het water, hoe heeft het weer jullie tijdens de repetities behandeld?

(lacht)De eerste twee weken repeteerden we hier binnen en dan hadden we altijd goed weer!  Vanaf dat we buiten kwamen repeteren, was het eerst om te braden op het podium, bij 30° de ‘Kids Game’ zo’n twintig keer achter elkaar repeteren, dat is vragen om veel zweet! Na die week is het dan steil bergaf gegaan. Op zich viel het met de regen nog mee, soms moesten we eens een halfuurtje stoppen, maar daar is het probleem dat alles heel snel afgedekt moet worden. Alle decorstukken, alle kostuums die geprepped staan, dat moet dan afgedekt worden. Het kan frustrerend worden als dat regelmatig gebeurt, want de repetities lopen daardoor veel vertraging op. Omdat het voor de mannen van het licht donker moet zijn om ook te kunnen repeteren, duren de repetities soms al tot middernacht, je kan je al inbeelden dat het soms heel laat is geworden! De weergoden zijn hier regelmatig vervloekt geweest voor die Belgische zomer met z’n herfstweer.

De weergoden zijn hier regelmatig vervloekt geweest voor die Belgische zomer met z’n herfstweer

Wat is voor jezelf hier het krachtigste?

Het leukste om te doen, vind ik het einde van deel 1, ‘O jour de joie’ Dat is de verhuisscène waar Mrs. Johnstone met haar zeven kinderen alles leegmaakt en verhuist. Dat is zo’n energiek nummer, de muziek is echt opzwepend, daar krijg ik elke keer echt kippenvel van als ik het speel. Het krachtigste moment vind ik uiteraard het finalenummer. Dat nummer beklijft zo hard en ik zing dat heel graag. Nu kan ik het ook zingen, want in Antwerpen ging dat niet, dan was ik dood. ‘Pas de crédit’ vind ik een heel pakkend moment. Dat is waar Mrs. Lyons een van de twee baby’s meeneemt en Mrs. Johnstone het niet kan aanzien.

Zijn er momenten waarop je het niet erg zou vinden dat je niet in de scène staat?

Ik heb niet echt een scène waar ik met tegenzin opga. Er zijn wel scènes waar ik sowieso meer voldoening uithaal als acteur. Als ik alleen maar moet figureren, dan doe ik natuurlijk liever scènes waar er meer spelmogelijkheden zijn, waar ik kan zingen of dansen. Wat ik vooral heel pittig vind, zijn de kostuumwissels. Ik heb de meeste kostuums van iedereen, waaronder een zestal in de tweede akte. Daarbij heb ik ook nog veel changementen waar ik het decor moet draaien, dan moet het omkleden heel snel gaan. Ik ben in de coulissen echt constant bezig met mezelf om te kleden, geen rustige momenten in de coulissen voor mij! Het voordeel is wel dat de tijd vooruit vliegt, want ik ben letterlijk constant bezig. Maar dat maakt het allemaal niet minder leuk om hier te spelen!

Blood Brothers speelt nog tot en met 3 september in het Karreveld kasteel te Molenbeek. Er wordt Frans gesproken maar elke voorstelling is boventiteld. Meer info & tickets vind je op www.bruxellons.be.

Door Patrick Defort

Foto: Patrick Defort
Scenefoto’s: Gregory Navarra