Jeanne d’Arc

Na het Damiaan-uitstapje aan de Basiliek van Scherpenheuvel, staat Historalia deze zomer terug aan de voet van het Kasteel van Westerlo met de geschiedenis van Jeanne d’Arc. Niet de meest ronkende heldin in onze streken, maar dat opent natuurlijk de mogelijkheden om een minder gekend verhaal aan het publiek te vertellen. Met enkele nieuwe, fris aanvoelende elementen, is het duidelijk dat geschiedenis, verteld door Historalia, een levend, bijna cinematografisch verhaal wordt.

Een Ridderfilm komt tot leven

Het verhaal van Jeanne d’Arc is zeker de moeite waard om te vertellen. Een eenvoudige boerendochter die stemmen hoort, tot de (ex-)kroonprins van Frankrijk geraakt en hem helpt om zijn rijk te verdedigen, te heroveren en hem tot koning van Frankrijk te kronen. Ze wordt later door zijn vijanden gevangen genomen en aan de Engelsen verkocht, die een medeplichtige bisschop de vrije baan geven om Jeanne te veroordelen tot de brandstapel.

Het script is, zoals bij alle waar gebeurde verhalen, een gecondenseerde versie van de zes jaren waarover het verhaal lopen. Het script is samenhangend en valt amper stil. Script- en liedteksten zijn voelbaar geschreven in een eigentijdse stijl, net als de muziek die naast heel klassiek ‘musical’, ook soms zeer verrassend uit de hoek komt. Ook regiewijs zijn er enkele interessante vernieuwingen te bemerken. Zo staat het kasteel deze keer niet centraal achter de hoofdscène, waardoor er een mooi diepte verkregen wordt, een diepte, die nuttig benut wordt met o.a. een heus tentenkamp in de verte. Het kasteel dubbelt daarbij handig als de muren van Parijs en als projectiemuur. De hoofdscène bevindt zich ook vlakbij de tribune, wat de overgebrachte emotie ten goede komt.

‘De brandende ster van de avond is Lotte – Jeanne d’Arc – Stevens

De hoofdcast bevat enkele namen die je niet dadelijk met musical zou associëren, maar ze excelleren stuk voor stuk in hun rollen. De brandende ster van de avond is Lotte – Jeanne d’Arc – Stevens. Sam Gevers is niet gekend voor zijn gemakkelijk te zingen nummers en daar heb je dus klasse voor nodig als artiest. Lotte zingt alles feilloos en zet ondertussen ook nog een geloofwaardige Jeanne neer. Erik Goris is de grootste verrassing van de avond. Dat hij makkelijk een personage (Bisschop Cauchon) uit zijn mouw schudt, weten de kenners al. Maar dat hij ook nog als muzikale verteller hele hoofdstukken in dichtvorm kan brengen, zonder enige valse toon en met perfecte timing, is een waar genot om mee te maken!

Ook de drie ‘heiligen/stemmen’ (Steven Colombeen, Pauline Joris en Helle Vanderheyden) brengen een heel apart sfeertje met zich mee. Prachtige muziek, moeilijke meerstemmigheid, telkens een sterk moment. Steven verdient daarbovenop nog een extra vermelding voor zijn minstreel-verschijning. Floris Devooght heeft als Karel VII nog eens de mogelijkheden om een fractie van zijn capaciteiten te tonen. Van verwend kindje tot koning die harde noten durft kraken. Pieter-Jan Depaepe zorgt als Jean de Metz voor de stoer-komische input, als sterke zwaardvechter die een serieuze boon voor Jeanne heeft. Tenslotte hebben we de heren die meerdere rollen op zich nemen en dat telkens prima doen: David Cantens, Jos Dom en Neel Hannes.

‘De honderd+ figuranten komen goed tot hun recht in deze productie

Naast deze professionele hoofdcast zijn er nog een ondersteunend ensemble, die alles vocaal en spelmatig helpen ondersteunen. Soms moet je ze zoeken tussen de meer dan honderd figuranten, soms komen ze ineens als rolletje naar voren. Telkens prima gespeeld en goed gezongen. Die honderd+ figuranten komen goed tot hun recht in deze productie. De gevechten zijn indrukwekkender als er veel vechters zijn, alleen spijtig dat ze het zwaardvechten nog niet geloofwaardiger onder de knie hebben. De enkelingen die uit hun rol vallen wanneer ze kennissen in de tribune zien, doen ook geen goed aan de geloofwaardigheid van de scène, spijtig.

Technisch is er niets verkeerd. Het geluid is met de koptelefoons al goed ingeburgerd, misschien mocht de muziek net iets meer doorkomen om de beleving sterker te maken. Het lichtplan doet zijn ding, maar voelt bij momenten ongeïnspireerd aan, zeker wanneer de achterliggende tegenlichtspots weer eens hetzelfde doen. Het decor is mooi gemaakt, met interessante verwijzingen en een knap bedacht beweegbaar platform. De kostuums zijn mooi, al zijn er soms enkele niet zo historisch aanvoelende schoenen te bemerken.

Deze productie voelt fris en dynamisch aan, hier is duidelijk met een nieuwe blik gewerkt

Met deze Jeanne d’Arc bereikt het team van Historalia een hoog niveau, zeker voor een creatie die op een relatief korte tijd gerepeteerd is. Het geheel voelt bijna nooit aan als een geschiedenisles, je krijgt de feiten ingelepeld terwijl de scènes voorbijvliegen. Deze productie voelt fris en dynamisch aan, hier is duidelijk met een nieuwe blik gewerkt. Op sommige momenten kijk je als het ware naar een goede Ridderfilm. Zwaardvechten is het zwakste punt, laat dat nu een van de moeilijkste disciplines zijn om geloofwaardig op een podium te zetten. Maar als je daarrond kijkt, beweeg je je heel gemakkelijk rond in het verhaal van Jeanne d’Arc!

Jeanne d’Arc speelt nog tot en met 7 september aan het Kasteel van Merode te Westerlo. Meer informatie & tickets vind je via www.historalia.be.

Door Patrick Defort

Foto’s: Wendy de Noier

Eén gedachte over “Jeanne d’Arc

  • 17 augustus 2024 om 14:15
    Permalink

    Zeer kritische beoordeling voor zo’n prachtig spektakel

Reacties zijn gesloten.